Marie-Jose Column Alphens Nieuwsblad

Onlangs was de Kinderboekenweek, een periode waarin kinderen op school worden gestimuleerd (meer) te lezen. Ook ik was betrokken bij de aftrap van deze week. Hoewel ik was gevraagd in te vallen in groep 7, zat ik ineens in de kring tussen de kleuters. Alle juffen (inclusief ik als invaljuf) startte de dag namelijk met het voorlezen in een andere groep.

Ik las het prentenboek van André Kuipers voor over hondje Laika dat per ongeluk in de ruimte belandt en gered moet worden. Een spannend verhaal. De mondjes van de kinderen hingen open terwijl ze luisterden naar de avonturen.

Wat genieten die kleintjes toch van goede verhalen.

En dat die betrokkenheid niet verdwijnt als kinderen ouder worden, besefte ik mij des te meer toen ik twee dagen later inviel in groep 6, waar een schrijfopdracht op het programma stond. De leerlingen moesten een opstel schrijven over een zelfbedacht voertuig waarmee je op reis kunt. Hoewel ik de opdracht opgewekt uit de doeken deed- zelf vond ik schrijven vroeger één van de leukste vakken op school- klonk er direct van alle kanten gezucht en gesteun. ‘Nee hè, juf. Moet dat echt?’

Kinderen keken verveeld mijn kant op of staarden zuchtend naar het plafond. Potloden bleven boven lege blaadjes hangen en hier en daar klonk onrustig geschuif met een stoel. Het duurde niet lang tot de eerste vinger werd opgestoken. ‘Maar mag het over een helikopter gaan, juf?’

‘Tuurlijk mag dat!’

‘En mag het voertuig een vliegtuig zijn? Of een raket?’, vroeg een ander.

‘Jongens, al schrijven jullie een verhaal over een vliegende i-Pad die bestuurd wordt door een stel mieren, het maakt mij echt niet uit.’

‘Een vliegende i-Pad, juf?’

‘Ja, of een vliegende caravan met een giraf. Een Tesla met een olifant erin of een baby in een luchtballon. Het maakt niks uit. Het is jouw verhaal. Jij mag bepalen wat het voertuig is en wie ermee op reist gaat. Dat mag best een beetje gek zijn.’

Even bleef het stil in de klas. De leerlingen keken verbaasd mijn kant op, om vervolgens te  constateren dat ik geen grapje maakte. Toen viel massaal het creatieve kwartje. Ik zag brede grijnzen verschijnen op hun gezichten, potloden werden vastgegrepen en blaadjes werden vakkundig afgeschermd om spieken te voorkomen. Een half uur lang werd er koortsachtig gewerkt aan een eerste kladversie. En het resultaat? Twintig totaal verschillende avonturen, die door de leerlingen vol trots werden voorgedragen aan de klas.

Wat zijn verhalen toch fantastisch!

 

Reageren? Mail gerust naar info@verweijcopywriting.nl.

Voor het eerst verschenen in Alphens Nieuwsblad op 16-10-2019